Planttips en watergift
Lees hieronder de voorwaarden om uw product een goede aanslag en gezonde groei te geven:
- Bij het zelf planten dient u onze plantinstructies op te volgen. Na het planten is het water geven van levensbelang en dit niet alleen op het juiste tijdstip, maar daarbij ook de gewenste hoeveelheid.
- Het plantseizoen van bomen met blote wortels is van november tot en met begin april. Mocht het zo zijn dat uw boom slecht aanslaat, geef dit dan voor juni aan ons door. Na deze datum zullen wij ervan uitgaan dat de boom goed is aangeslagen.
- De kwaliteit van bomen in pot kunt u bij aanschaf zelf goed beoordelen, aangezien deze bomen in blad staan. Na het verplanten zullen deze wortels meer ruimte en vocht vanaf onderen krijgen. Ook zullen de wortels minder temperatuurschommelingen krijgen. Dit betekent dus in het kort dat uw bomen het in uw tuin makkelijker zullen hebben, omdat de omstandigheden gunstiger zijn. Mits u zich aan de plant en onderhoud instructies houdt.
- Voor beplanting adviseren wij grondverbetering toe te passen, zoals wij dat aanbieden, voordat er begonnen wordt met plantwerk.
- Voor schade aan beplanting door invloeden van mens of dier zijn wij niet aansprakelijk. Dit geldt eveneens voor schade door extreme weersomstandigheden en hergroei van het product. Het is te allen tijde de verantwoordelijkheid van de koper om te beoordelen of de omstandigheden op de nieuwe standplaats geschikt zijn voor het product.
Planttips
- Vervoer de bomen ALTIJD met een afgesloten zak rond de wortels, zelfs bij regenachtig weer. Dit voorkomt het uitdrogen van de haarwortels.
- Zorg voor een goede standplaats. Waar wil ik wel of juist geen schaduw?Kan de gewenste boom of struik tegen de wind en heeft/krijgt de boom wel de gewenste hoogte.
- Gebruik de juiste grondsoort voor de juiste boomsoort. De factoren die invloed op de aanslag en groei kunnen hebben, zijn: PH-waarde, zand, leem, klei, kalk, zeewind en eventueel strooizout.
- Denk om de structuur en het bodemleven. Bijvoorbeeld: bij te grove grondstructuur hebben de wortels geen aansluiting, en bij zeefgrond zit nauwelijks tot geen bodemleven waardoor de bomen niet kunnen aanslaan.
- De juiste weersomstandigheden en het tijdstip van het jaar. Bomen met een blote wortel dienen bijvoorbeeld altijd in rust verplant te worden.
- Gebruik altijd boompalen, dit zorgt ervoor dat de boom sterk staat zonder dat hij nog verankerd is met grond. Doet u dit niet dan komt de boom ‘los’ te staan en heeft deze weinig tot geen aansluiting met de grond waardoor hij is het geheel kan afsterven.
- Gebruik zand bij een natte standplaats om zo water en luchthuishouding te verbeteren.
- Maak het plantgat ruim genoeg. Een te klein plantgat is vaak de oorzaak van slechte groei. Zorg voor minimaal een voetlengte (30-35cm) verschil tussen de wortels of kluit en de zijkant van het gat.
- Maak de grond minimaal één steek onderin het plantgat los.
- Mix de grond met gemiddeld 40 liter aanplantgrond. De exacte hoeveelheid hangt samen met de grondsoort, boomsoort en de leeftijd van de boom.
- Plaats de boompaal met een grondboor en hamer minimaal 60 cm onder maaiveld.
- Er wordt gekozen voor 1 tot 4 palen, afhankelijk van de wind, leeftijd en grootte. De bovenzijde van de palen moeten met elkaar verbonden worden. Bij 1 paal gaat de voorkeur uit naar de zuidwest kant van de boom. (Dit is de overheersende windzijde, bij de verkeerde zijde kan de boom beschadigd raken door schuurplekken van de paal). Bij het gebruik van 2 palen, zullen deze voldoende uit elkaar gezet moeten worden, zodat de wortels er goed tussen passen. Bomen met kluit of pot worden doorgaans altijd met 2 palen vastgezet, omdat de palen niet dichtbij de stam van de boom gezet kunnen worden.
- Boomband aan achterzijde van de paal bevestigen. Zodat de boomband vooral ook aan het rubber trekt en niet alleen aan de boomspijker.
- Plaats de boom het liefst met 2 personen. De één schud de boom goed, zodat de kruimelige grond tussen de wortels komt. De ander vult de aanvulgrond bij het plantgat.
- Zet de boom nooit dieper dan deze in de kwekerij heeft gestaan. Dit kun je zien aan het kleurverschil op de wortelhals of bovenkant van de kluit of pot.
- De bovenste wortel van het wortelgestel dient net onder het maaiveld geplant te worden.
- Trap de grond, rondom de wortels, rustig aan met de hak van uw voet. Hierdoor vinden de wortels aansluiting met de grond en raken de wortels niet beschadigd en blijft de structuur van de grond behouden.
- Nu kan de boomband helemaal bevestigd worden. Bij één paal kan een ‘acht’ gemaakt worden en bij twee palen een lus.
- Vervolgens kan na het planten water worden gegeven, zodat de wortels goede aansluiting krijgen in het nieuwe plantgat.
- Het eerste jaar na de aanplant dient de grond regelmatig gecontroleerd te worden of deze niet te droog is, voornamelijk na lange droge en zonnige periodes. Maar met teveel wat kan de plant letterlijk verzuipen.
- Het volgende hoofdstuk ‘onderhoud- en snoeiadvies’, geeft adviezen per boomgroep.
Watergift
- De watergift is erg belangrijk in het eerste jaar na aanplanting. Er is niet één gouden regel die geldt voor alle planten en/of bomen. Hierbij is vooral uw ‘gezonde boerenverstand’ leidend en houd daarbij rekening met de omstandigheden in uw tuin.
- Denk hierbij aan de plaats in de tuin, is het een natte of droge plaats, is het droge zandgrond of klei dat langer zijn vocht behoud.
- Staan de bomen erg op de wind of de hele dag in de zon? Dit beïnvloed de vochthuishouding enorm. Staat de boom al in blad? Dit betekent dat deze elke dag veel water verdampt.
- Wanneer er nog geen blad aan de boom zit is het vooral belangrijk dat de wortels goed sluiten met de grond eromheen, zodat de plant of boom goed kan aanslaan.
- Wat is de afmeting van de boom? Hoe groter de boom, des te meer water deze nodig heeft.
- Wat zijn de eigenschappen van de plant of boom? Een krachtige groeier heeft veel meer water nodig dan een boom die rustiger groeit.
- Houd rekening met het tijdstip van het seizoen. In een droog voorjaar heeft de boom meer water nodig dan in het najaar wanneer deze in rust gaat.
- Aandacht is dus belangrijk, zodat de boom geen vocht te kort komt. Wanneer je het aan de boom gaat zien ben je vaak al te laat. Als je de boom teveel water geeft krijg deze weinig tot geen zuurstof meer bij de wortels. Dit maakt de boom niet alleen ‘lui’, waardoor de wortels zich niet kunnen ontwikkelen ten opzichte van de kroon. In het slechtste geval kan de boom afsterven. Het afsterven komt echter vaak alléén voor wanneer de boom op het laagste punt van de tuin staat, op een storende laag staat of dat het water op de standplaats slecht weg wil.